De Volkskrant ★★★★ - Donderdag 26 november 2020
Door Herien Wensink - gezien op 25 november 2020, Theater De Paardenkathedraal, Utrecht
Permanent Destruction: Pain Against Fear is een biecht in de vorm van een popconcert.
Het einde is gekomen voor de band Permanent Destruction. Dat zie je. Misschien dat de dj nog een glansrijke solocarrière tegemoet gaat, maar de frontvrouw is er klaar mee. Ze heeft geen zin meer om een show te geven (‘This is not a show’), om zich te verschuilen achter theater: andermans teksten, visuals, kostuums. Ze heeft het podium niet meer nodig. Dit is misschien wel haar laatste concert.
De band is fictief, natuurlijk; een creatie van theatermaker Naomi Velissariou, die samen met muzikant Joost Maaskant een muziektheatertrilogie in de vorm van een reeks popconcerten goot. In de eerste twee delen zagen we een gepijnigde popster die binnen het theaterrepertoire zocht naar loutering. Eerst in het oeuvre van Sarah Kane (The SK Concert), daarna in dat van Heiner Müller (The HM Concert).
In Pain Against Fear, het laatste deel, laat ze de theatraliteit van de eerste twee grotendeels los, om tot een eerlijk, sober en kwetsbaar slotakkoord te komen. Weg zijn de expressieve visuals, de heftige lichteffecten, de pompende energie. Wat resteert is subtiel gestileerde weerloosheid. In een transparante rode jurk – ja, je kunt bijna door haar heen kijken – staat Velissariou op toneel, en kiest ervoor om zich te laten kennen. ‘This is reality’, zingt ze. ‘I am real.’
Als het kleine oeuvre van Permanent Destruction een proces van zelfontplooiing beschrijft – beginnend bij zelfhaat en door naar woede, dan zijn we nu aangekomen bij introspectie en berusting. Dat maakt dit laatste deel intiemer dan de vorige concerten – zeker ook door het maximum van dertig man publiek.
Die intimiteit biedt ruimte voor bezinning. Velissarious ongekunstelde teksten – dit keer ontleend aan haar eigen autobiografie – komen beter binnen. Daarbij kan ze het publiek ook persoonlijker aanspreken, en bij haar zoektocht betrekken. Met een variatie op een meditatieoefening maakt ze ons bewust van onze fysieke aanwezigheid, niet alleen individueel maar ook als collectief (‘You are a species. You are not alone’). Een roerend besef in tijden van sociale afzondering. Even later voegt ze zich ook zelf bij de groep (‘I am not alone’). Daardoor valt het onderscheid tussen artiest en publiek langzaam weg.
Wat volgt, is een biecht in de vorm van een popconcert. Openhartig deelt Velissariou haar gevoelens, ook de minder fraaie – bindingsangst, ijdelheid, afgunst, haar haat-liefdeverhouding met het publiek. Haar teksten zijn onthullend concreet, maar behouden ook een poëtische zeggingskracht waardoor iedere toeschouwer er iets in kan herkennen. Dat is een lovenswaardig streven: verbinding vinden door iets van onszelf te tonen waar we ons doorgaans voor schamen. Het besef dat je die kwelling deelt – niet alleen met deze dertig, maar met miljoenen mensen – biedt op een verrassende manier troost. You are a species. You are not alone.