RECENSIE Het Parool - Maandag 14 oktober 2019
Wat moeten we denken van de figuur die in zijn slecht zittende pak een tafel in de foyer beklimt? Die zich voorstelt als Fritz, een deuntje speelt op zijn keytar en meteen druk gebarend van leer trekt tegen economische transacties en de liefde. Het is moeilijk meegaan in zijn onstuitbare gedachtestroom. Maar dat is ook niet wat hij wil. Nee, alsjeblieft, vooral niet in hem geloven of denken dat hij gelijk heeft. Alles moet in twijfel worden getrokken.
Al een aantal jaar liepen acteur Vincent van der Valk en regisseur Casper Vandeputte rond met het idee een voorstelling te maken rond Friedrich Nietzsche. Het resultaat, Immens, was eerder dit jaar al te zien op Terschelling tijdens Oerol. Nu staan Van der Valk en Vandeputte ermee in de theaters.
Immens is een voorstelling die zowel dreunt als tintelt, intellectueel uitdaagt en emotioneel raakt. Met als middelpunt een acteur die zichzelf fysiek en mentaal tot het uiterste dwingt.
Nietzsche schreef in uitroeptekens en dat is ook hoe Van der Valk deze incarnatie van hem speelt. In een afwisseling van aforismen en in één adem uitgestorte tirades moet alles eraan geloven. Vriendschap, de vrije wil en vooral: het verhaal, die giftige cocktail van oorzaak, gevolg en conflict die de belofte van een betere wereld in zich draagt. Alles in een knappe tekst die het gedachtegoed van Nietzsche lijkt te koppelen aan het hedendaagse leven van bingewatchen en agenda’s die vol staan met dingen die we niet willen doen.
Het rulle zand van de Terschellingse duinpan heeft plaatsgemaakt voor een kale toneelvloer, maar ook hier zoekt Van der Valk de uitputting op. Eindeloos rent hij rondjes. Een metafoor wellicht voor hoe de mens niet meer kan doen dan cirkelen rond een kern die onbereikbaar blijft. Omdat je altijd vastgeklonken blijft aan de beperkingen van jouw perspectief. Maar het is ook een verbeelding van de uitputtingsstrijd die Nietzsches leven was, van een gedachtegoed te groot voor één mens om te dragen. Steeds opnieuw ontwikkelde hij een wereldbeeld, om het vervolgens van zich af te werpen.
Van der Valk speelt Fritz op de grens van de waanzin die Nietzsche op de hielen zat, waardoor steeds de vraag is: zijn dit de woorden van een gek of die van een genie? In Friedrich Dürrenmatts Die Physiker veinst de briljante natuurkundige Möbius gekte om de mensheid te beschermen tegen zijn ontdekking. Op eenzelfde manier lijkt Fritz bang dat zijn ideeën in verkeerde handen zullen vallen. Dat ze verkeerd begrepen worden, of misschien juist dat ze begrepen worden.
Fritz wil weten hoeveel waarheid hij kan verdragen en ruim een uur lang schraapt hij elke illusie weg. ‘Waar wachten jullie op? Een clou? Verlossing?’ schampert hij. Dan rijst plots een koor op dat de stem verheft en zijn ideeën aan hem terugkaatst, hem optilt en tegelijkertijd verzwelgt.
Misschien is dit dan toch de verlossing, misschien de laatste stuiptrekking van de illusie. Maar leugen of niet, het is hoe dan ook een moment van diepe ontroering. En Fritz? Aan het einde van Immens weten we nog steeds niet wat we van hem moeten denken. En dat is precies de bedoeling.
Bron: https://www.parool.nl/kunst-media/immens-dreunt-en-tintelt-op-de-grens-van-waanzin~bb91f901/